1 |
rijkdom(engels: wealth) Alle eigendommen of bronnen die een geld- of ruilwaarde hebben of van economisch nut zijn.
|
2 |
rijkdomDe volgende goden en wezens werden in verband gebracht met rijkdom en geld: Keltisch: Rosmerta Klassiek: Fortuna Hermes Mercurius Tyche Oosters: Benten Diverse: Agathodemon Leprechaun Ikenga Mammon Olokun Para Rofocale
|
3 |
rijkdomRijkdom, m. (-men), schatten, vermogen, bezit van veel aardsche goederen; (fig.) bezitting.
|
<< rijgenoten | rijke >> |