1 |
duidelijk
|
2 |
duidelijkGeen twijfel
|
3 |
duidelijkbijvoeglijk naamwoord - goed te snappen Voorbeeld: dat is [..]
|
4 |
duidelijkDuidelijk, bn. en bijw. helder, klaar, verstaanbaar; op verstaanbare wijze; -schrift; -lezen; een - bewijs. *-HEID, v. gmv. verstaanbaarheid. -SHALVE, bijw. ter bevordering van de duidelijkheid.
|
5 |
duidelijkDuidelijk, bn. en bijw. (-er, -st), geduld -, verdragen kunnende worden; houdbaar. *...LOOS, bn. en bijw. (...zer, -st), onverdragelijk; onhoudbaar; eene duldelooze pijn. -HEID, v. gmv. onverdragelijk [..]
|
<< Duiana | duin >> |