1 |
BárányR.Hongaars oorarts (1876-1936); ~-doofheid, totale doofheid; in de regel aan één oor en meestal binnenoor-doofheid t.g.v. centrale oorzaken (letsel van de nervus acusticus, vaatstoornissen, hersentumor, labyrintitis e.a.); proef van ~, herhaalde aanwijzing van een vast punt met gesloten ogen; voorbijwijzen naar één kant duidt op vestibulaire ...
|
<< B-ziekte | Bürger >> |