1 |
sterfelijkSterfelijk, (B. STERFLIJK), bn. en bijw. kunnende sterven; er was geen - mensch, niemand. *-HEID, v. gmv.
|
2 |
sterfelijkVergankelijk
|
3 |
sterfelijkvatbaar voor de dood
Alle mensen zijn sterfelijk .
|
<< standaardafwijking | steriel >> |