1 |
aaneenbijwoord - niet gescheiden, niet los Voorbeeld: deze lett [..]
|
2 |
aaneenBijwoord
aaneen
|
3 |
aaneenAaneen, bijw. (B. AAN EEN), achtereenvolgens, te zamen. *-, vz. aan elkander vast; scheidb. bij sommige werkwoorden, b.v.
|
4 |
aaneenmet elkaar verbonden zijn, samen in verbinding staan. Bijbetekenis : solidair zijn.
|
<< aanvoeren | aaneengeschakeld >> |