1 |
ventjeverkleinwoord enkelvoud van het zelfstandig naamwoord vent
|
2 |
ventjeBroekenman, Dreumel, Dreumes, Dreutel, Hummel, Joch, Jongen, Jongetje, Kereltje, Kleuter, Knaapje, Mannetje, Pagadder, Peuter, Uk, Ukkepuk, Ukkie
|
<< verachtelijk | verzamelinkomen >> |