1 |
spelenregelmatig werkwoord - opvoeren of uitvoeren Voorbeeld: d [..]
|
2 |
spelen(engels: games) Te gebruiken voor vormen van wedijverend spel, waarbij meestal een element van strategie een rol speelt, vooral om het spel van de tegenstander te beïnvloeden, al of niet gepaard met lichamelijke vaardigheid.
|
3 |
spelenBeuzelen, Dartelen, Dobbelen, Gokken, Mallen, Stoeien, Zich vermaken; Bespelen, Musiceren, Ten uitvoer brengen, Uitvoeren, Voorspelen, Weergeven; Opvoeren, Ten tonele voeren, Toneelspelen, Vertonen; Uithangen; Acteren, Simuleren
|
4 |
spelenSpelen, bw. ow. gel. (ik speelde, heb gespeeld), zich vermaken, verlustigen (inz. van kinderen); zich met eenig spel bezig houden; kaart, dam, schaak, biljart -; om iets -. *-, onbehoedzaam speculeren [..]
|
5 |
spelen
|
<< Spelding | spelers >> |