1 |
sarrenregelmatig werkwoord - hem steeds weer gemeen plagen Voor [..]
|
2 |
sarreniemand voortdurend lastig vallen
Als je een kat gaat sarren kun je wel eens een haal krijgen.
|
3 |
sarrenSarren, bw. gel. (ik sarde, heb gesard), tergen. *...RER, m., *...STER, v. (-s), terger, tergster. *...RING, v. gmv. het sarren, terging, gesar.
|
<< sasmeester | Santana >> |