1 |
genotypeDe verzameling genen in een cel. De genen kunnen enkelvoudig voorkomen of in paren.
|
2 |
genotypehet genotype van een individu verstaan we de informatie voor de erfelijke eigenschappen van een individu.
|
3 |
genotypeDit is de verzameling van alle allelen bij een individu, m.a.w. de verzameling van eigenschappen die geërfd werd van de ouders.
|
4 |
genotypeterm voor de genetische
|
5 |
genotypeDe verzameling genen, ook wel gebruikt voor een deel van de verzameling.
|
6 |
genotypeDe genetische opmaak van de cellen van een individu. Samen met invloeden vanuit de biologische omgeving vormt het genotype het fenotype, de uiterlijke kenmerken van een individu.
|
7 |
genotypeDe allellen die een individu op een gen draagt. De genetische "samenstelling" van een kat.
|
8 |
genotype
|
9 |
genotypeInwendige en uitwendige erfelijke eigenschappen van een individu.
|
10 |
genotypeHet genotype is een begrip in de biologie voor de verzameling eigenschappen van het individu die is geërfd van de ouders, oorspronkelijk afkomstig van de Deense geleerde Wilhelm Johannsen (1857-1927). [..]
|
11 |
genotypeErfelijke aanleg, alle erfelijke eigenschappen.
|
12 |
genotypeDe genetische samenstelling van een organisme, samen met omgevingsfactoren is het genotype verantwoordelijk voor daarbij behorende fenotypen.
|
<< gedragen | gedragscodes >> |