1 |
WelluidendEufonisch, Harmonieus, Harmonisch, Klankrijk, Melodieus, Melodisch, Sonoor, Zangerig, Zoetklinkend
|
2 |
WelluidendWelluidend, bn. en bijw. (-er, -st), aangenaam klinkend, zoet voor het oor. *-HEID, v. het aangenaam klinkende. *-HEIDSHALVE, bijw. voor de welluidendheid, om deze te bevorderen.
|
<< Wellevendheid | Welluidendheid >> |