1 |
DrokDrok, bn. en bijw. overhaast; wat zijt gij weder -; wees zoo - niet in het spreken; bezig, veel te doen hebbende, een -ke dag; ik kan u nu niet spreken, ik heb het te -; beklant, deze winkel heeft het [..]
|
<< Drogteropslagen | drol >> |