1 |
AvanceLet op: Spelling van 1858 Fr., avanco, avanzo, Ital., (kooph.) de winst in den handel; ook voorschot. Par avance, bij voorschot. Avanceren, voorwaarts gaan; voorschieten; beweren; bevorderen; desgelijks (bij schilders) de voorwerpen doen vooruitkomen. Avancement, Fr., bevordering.
|
<< Audientie | Aviveren >> |